Hoeveel vaste voeding per dag?

Ik snap helemaal hoe verwarrend het kan zijn om te bepalen hoeveel vaste voeding per dag geschikt is voor je baby. Misschien vraag je je af wanneer je precies kunt beginnen, en of je nog wel genoeg borstvoeding of flesvoeding moet geven. Ik heb zelf talloze keren met deze vragen geworsteld, dus geloof me, je bent niet de enige. In dit artikel deel ik mijn inzichten en probeer ik je te laten zien dat het helemaal oké is om in kleine stapjes te ontdekken wat voor jullie het beste werkt.

Hoeveel vaste voeding geef je per leeftijd?

Als je baby rond de 6 maanden oud is, zal je merken dat hij steeds meer interesse toont in wat jij eet. De American Academy of Pediatrics (AAP) raadt aan om rond die leeftijd te beginnen met vaste voeding en om dit rustig op te bouwen naast borstvoeding of flesvoeding. Hoewel sommige ouders al vanaf 4 maanden starten, ligt de gemiddelde richtlijn rond 6 maanden, omdat je kindje dan meestal goed kan zitten met ondersteuning en de tong-reflex vermindert. Toch zijn er situaties waarin je al eerder kleine proefhapjes (oefenhapjes) kunt aanbieden, zeker als je baby zijn hoofdje stabiel kan optillen en naar voedsel reikt.

Vanaf 4 maanden: oefenhapjes

Rond 4 maanden zie je soms dat je kleintje al nieuwsgierig met oogjes volgt wat er op jouw bord ligt. Dit kan een kans zijn om voorzichtig te experimenteren met oefenhapjes. We hebben het hier echt over minimale hoeveelheden, denk aan 1 tot 2 theelepeltjes gepureerde groente of fruit. Het is geen volledige maaltijd en hoort vooral bij het ontdekken van smaak en textuur.

  • Voedingsadvies: 1-2 theelepels gepureerd voedsel per dag, maximaal één keer per dag.
  • Focus op: zachte smaken zoals gepureerde wortel, pompoen of gekookte peer.
  • Let op tekenen van interesse, zoals het pakken van lepels of het openen van zijn mond als jij eet.

Tip: Wil je meer weten over hoe je deze minihapjes introduceert? Kijk dan gerust bij oefenhapjes baby.

Vanaf 6 maanden: geleidelijke opbouw

Als je baby de 6 maanden nadert, kun je wat serieuzer gaan kijken naar vaste voeding. Je kunt langzaam opbouwen van één naar twee of drie kleine voedingen per dag. De hoeveelheid kan variëren, maar een paar eetlepels gepureerde groente, fruit of granen per keer is een prima start. Sommige bronnen geven aan dat baby’s in deze fase rond de 4 tot 6 maanden hun geboortegewicht vaak verdubbelen en ongeveer 13 pond of meer wegen. Dit kan een belangrijk teken van gereedheid zijn.

  • Aantal maaltijden: 1 tot 2 vaste ‘hapjesmomenten’ per dag.
  • Hoeveelheid: ongeveer 2-3 eetlepels per keer, afhankelijk van de eetlust.
  • Variatie: start met groenten, fruit en glutenvrij graan (zoals rijst- of haverpap).

In deze fase gaat het vooral om wennen aan de lepel en het proeven van nieuwe smaken. Borstvoeding of flesvoeding blijft de hoofdbron van voedingsstoffen, dus je hoeft je geen zorgen te maken als je kindje niet heel veel vaste voeding opeet.

Vanaf 8 maanden: grotere porties

Tussen de 8 en 9 maanden wordt je baby vaak al wat behendiger met eten en kun je de hoeveelheid per eetmoment gaan uitbreiden. Een gestructureerde routine met drie ‘vaste’ eetmomenten per dag wordt steeds logischer. Let er echter op dat iedere baby anders is. De een zal al graag wat fijngeprakt eten hap-slik-weg doen, terwijl de ander liever voorzichtig nieuwe smaken ontdekt.

  • Aantal maaltijden: 2 tot 3 vaste voedingen per dag.
  • Hoeveelheid: richtlijn is zo’n 3-4 eetlepels per keer, op sommige dagen meer als je baby echt trek heeft.
  • Textuur: van gepureerd naar geprakt en geleidelijk wat stukjes om kauwen te oefenen (denk aan zachtgekookte wortel of banaan).

In deze periode kun je heel voorzichtig vis of vlees aanbieden, als het goed gaar en fijngeprakt is. Volgens de research is het ook prima om zachtgekookt ei te introduceren (mits je baby geen ei-allergie heeft).

Vanaf 10-12 maanden: vaste maaltijden

Rond 10 tot 12 maanden merk je dat je baby veel ‘eetvolwassener’ wordt. Hij kan vaak al kleine stukjes brood eten, blokjes zachte groenten oppakken en zelfs met het lepeltje spelen. Dit is het moment om maaltijden nog wat consistenter aan te bieden. Sommige ouders geven in deze fase drie hoofdmaaltijden en eventueel één tot twee tussendoortjes.

  • Aantal maaltijden: 3 vaste maaltijden en eventueel 1-2 tussendoortjes.
  • Hoeveelheid: ongeveer 4 eetlepels tot een half bordje, variërend per baby.
  • Structuur: zacht stukjes eten, minimale kruiden en geen toegevoegd zout.

Als je baby 12 maanden is, zijn veel ouders gewend dat hij bij het gezin mee-eet, zij het in aangepaste, zachte vorm. Let wel op met harde, ronde of gladde stukjes voedsel (zoals hele druiven of noten), vanwege verstikkingsgevaar.

Hoe combineer je vaste voeding met melkvoeding?

Ik weet uit eigen ervaring dat het best een ‘puzzeltje’ is: vasthouden aan melkvoeding en tegelijkertijd vaste voeding introduceren. Het verschilt nogal of je borstvoeding of flesvoeding geeft, maar de rode draad is dat je baby nog altijd veel voedingsstoffen uit de melk krijgt.

Hoeveel vaste voeding naast borstvoeding?

Borstvoeding is bij veel moeders de basis van het dieet, absoluut ook na 6 maanden. De AAP geeft aan dat je in principe kunt blijven borstvoeden zolang het voor jou en je kindje prettig voelt, zelfs tot in het tweede levensjaar of langer. In het begin zal je baby vooral uit nieuwsgierigheid vaste voeding proeven en nog niet heel grote porties nemen.

  • Rond 6 maanden: blijf borstvoeden op verzoek, en bied één of twee oefenhapjes per dag aan.
  • Rond 8 maanden: meestal 3 melkvoedingen op een dag (ochtend, eventueel overdag, avond), plus 2-3 vaste maaltijden. Dit blijft natuurlijk afhankelijk van de behoefte van je kindje.
  • Rond 10-12 maanden: de hoeveelheden vaste voeding worden groter, maar borstvoeding speelt nog altijd een rol voor troost, voedingsstoffen en bonding.

Als je merkt dat je minder borstvoeding wilt of kunt geven, kun je op een natuurlijk tempo overstappen. Dat kan geleidelijk gaan, zodat je kindje kans krijgt om te wennen. Eventueel kun je kijken naar borstvoeding afbouwen en overstappen op vaste voeding als je daar meer over wilt weten.

Hoeveel vaste voeding naast flesvoeding?

Bij flesvoeding is er vaak een duidelijk schema qua milliliters per fles en hoeveelheid flessen per dag. Rond de 4 tot 5 maanden drinken sommige baby’s zo’n 5 tot 7 flessen van 150 tot 210 ml. Wanneer je vaste voeding introduceert, neemt de vraag naar flesvoeding meestal langzaam af, omdat je kleintje meer calorieën uit eten haalt.

  • Tussen 6-8 maanden: houd zo’n 4 flessen per dag aan, en voeg 1 of 2 vaste maaltijden toe.
  • Tussen 8-10 maanden: ga naar 3 flessen per dag en breid vaste maaltijden uit naar 2-3 keer per dag.
  • Rond 10-12 maanden: de meeste baby’s drinken 2-3 flessen en eten op vaste momenten met het gezin mee.

Let op dat de precieze hoeveelheden kunnen verschillen per kindje, vooral als je baby een groeispurtje doormaakt. Wil je meer weten over de precieze porties flesvoeding? Dan kun je een kijkje nemen bij hoeveel flesvoeding per leeftijd.

Signalen dat je baby genoeg of te weinig eet

Misschien twijfel je nog steeds of je kleintje genoeg eet. Een goede indicatie is hoe je baby zich gedraagt voor, tijdens en na het eten. Ik heb gemerkt dat zelfs een paar hapjes soms al genoeg kunnen zijn.

Wat als je baby meer of minder wil?

  • Als je baby frunnikt naar de lepel of duidelijk onrustig is na het eten, kan dat betekenen dat hij nog trek heeft. Geef gerust nog een paar happen of bied desnoods een beetje extra melk aan.
  • Als je baby zijn hoofdje wegdraait, het lepeltje wegduwt en gewoon niet meer geïnteresseerd lijkt, is dat een signaal om te stoppen.

Probeer vooral niet te dwingen, maar kijk of je later op de dag nog eens kunt aanbieden. Te veel forceren kan een negatieve associatie met eten creëren, en dat is natuurlijk niet wat je wilt.

Hoe weet je of je baby voldoende voedingsstoffen krijgt?

Uiteindelijk gaat het om het totale plaatje. Zolang de groei (gewicht en lengte) netjes in het oog gehouden wordt door het consultatiebureau of de kinderarts, is de kans groot dat je goed op weg bent. Ook genoeg natte luiers (rond de zes per dag) geven een signaal dat je kindje genoeg vocht binnenkrijgt.

Mocht je toch twijfelen over specifieke tekorten, dan kun je altijd je kinderarts of een diëtist raadplegen. Bovendien adviseert de AAP om dagelijks 400 IU vitamine D te geven aan baby’s, voornamelijk als je borstvoeding geeft, omdat moedermelk daar niet voldoende van bevat.

Hoe bouw je het voedingsschema op?

Een voedingsschema geeft houvast, zeker als je naast vaste voeding ook nog melk blijft geven. Zelf vind ik het prettig om per dagdeel te bekijken hoeveel mijn kindje ongeveer binnenkrijgt, zonder het te strak te faseren.

Dagindeling en hoeveelheden

Een voorbeeldschema rond 7-8 maanden (natuurlijk aan te passen naar de behoeften van jouw kindje):

  1. Ochtend (rond 7.00-8.00): Fles of borstvoeding. Eventueel een half uur later een paar eetlepels fruitpap.
  2. Tussendoor (rond 10.00): Nog een melkvoeding of wat water in een tuitbeker, afhankelijk van de honger.
  3. Lunch (rond 12.00): Enkele lepels groente met een beetje vlees of vis. Je kunt ook babyvoeding zelf maken vs. potjes overwegen, kies wat jou het beste bevalt.
  4. Middag (rond 15.00): Melkvoeding of een klein tussendoortje zoals wat geprakte banaan.
  5. Avondeten (rond 17.30-18.30): Geprakte groente, een beetje aardappel of rijst, en water in een open beker of tuitbeker.
  6. Laatste voeding (rond 19.00-20.00): Borst of fles, als afsluiting voor de nacht.

Meestal eten baby’s in deze fase zo’n 4-8 eetlepels per maaltijd, afhankelijk van de trek. Je merkt snel genoeg of je kindje meer wil of juist genoeg heeft.

Hoe voorkom je overvoeding?

Je wilt voorkomen dat je baby te veel eet en daardoor onnodig aankomt of maagklachten krijgt. Zelf let ik daarom goed op verzadigingssignalen: wegdraaien van het hoofd, mondje dichthouden, eten uitspugen of huilen zodra de lepel te dichtbij komt. Dat klinkt misschien logisch, maar in de praktijk is het best verleidelijk om “nog dat laatste hapje” te geven.

  • Respecteer de grens van je baby.
  • Laat je niet leiden door ‘lege potjes.’ De ene keer eet je kindje een potje volledig leeg, de volgende keer maar de helft.
  • Houd de melkvoedingen in de gaten. Overschrijdt je baby teveel in volume (lees: meer dan 1 liter flesvoeding op een dag plus veel vaste voeding), overleg dan even met het consultatiebureau.

Overvoeding kan bovendien leiden tot spugen, darmkrampjes of frustratie. Balans vinden is dus key, en iedere baby heeft zijn eigen ritme.

Beste hulpmiddelen voor vaste voeding

Een soepele overgang naar vaste voeding staat of valt ook met praktische hulpmiddelen. Ik heb gemerkt dat de juiste lepel en het juiste bordje een wereld van verschil kunnen maken.

Welke lepels, bordjes en bekers zijn handig?

  • Zachte siliconen lepels: die zijn heel vriendelijk voor het tandvlees van je baby en buigen mee als je kindje erop bijt.
  • Zuignapbordjes: een bordje met een zuignap onderaan voorkomt dat het continu op de grond eindigt.
  • Tuitbekers of open bekers met zachte randen: ideaal om je baby te leren zelfstandig te drinken zonder dat alles over zijn kleren loopt.

Ik vond het handig om meerdere soorten lepels uit te proberen, zodat ik kon zien waar mijn kindje goed op reageerde. Sommige baby’s zijn helemaal weg van een bredere variant, anderen slikken beter met een smalle, lange lepel.

Beste producten voor een soepele overgang

Kies voor producten die passen bij de fase van je baby. Hieronder wat suggesties:

  • Voor 4-6 maanden: staafmixer of blender om zachte purees te maken.
  • Voor 6-8 maanden: kleine kommen met zachte randen en lepelsets, omdat je dan vaker vaste voeding geeft.
  • Voor 8-12 maanden: een kinderstoel met een stevige rugleuning en een voetensteun. Zo heeft je baby een stabiele zit, wat het eten vergemakkelijkt.

Als je graag kant-en-klare babyhapjes koopt, let dan op de ingrediëntenlijst. Kies bij voorkeur varianten zonder toegevoegde suiker en zout. Een beetje kruiden is niet erg, maar ga hier spaarzaam mee om.

Veelgestelde vragen

Hieronder nog enkele vragen die regelmatig spelen als ouders beginnen met vaste voeding:

1. Wanneer mag ik beginnen met vaste voeding?
Over het algemeen wordt aangeraden om rond 6 maanden te beginnen met vaste voeding. Sommige baby’s zijn rond 4 maanden al toe aan kleine oefenhapjes, maar als je twijfelt, kan je huisarts of het consultatiebureau adviseren. Wil je meer hierover weten? Kijk eens bij wanneer beginnen met vaste voeding.

2. Hoeveel vaste voeding per dag is normaal?
Dat hangt af van de leeftijd en de eetlust van je baby. Rond 6 maanden kan een paar eetlepels per eetmoment voldoende zijn, terwijl een baby van 10-12 maanden vaak al een half bordje opeet. In het begin proef je vooral: pas als je baby rond 9 maanden is, worden de porties wat groter.

3. Blijft borstvoeding of flesvoeding belangrijk?
Ja, absoluut. In de eerste levensmaanden is melkvoeding (borst of fles) de belangrijkste bron van voedingsstoffen. Ook na de introductie van vast voedsel kun je doorgaan met melkvoeding, zolang dat voor jou en je baby goed voelt. De balans tussen vaste voeding en melkvoeding verandert geleidelijk naarmate je kindje ouder wordt.

4. Moet ik bang zijn voor allergieën?
Probeer nieuwe voedingsmiddelen één voor één te introduceren. Wacht 3 tot 5 dagen voordat je een volgende nieuwe smaak aanbiedt, dan kun je snel zien of er een reactie optreedt. Heb je vragen of sprake van hevige reacties, raadpleeg dan een kinderarts.

5. Wat doe ik als mijn baby niet wil eten?
Blijf rustig en dwing je kleintje niet. Probeer nog eens een ander moment, of kies een andere textuur. Soms is je kind gewoon te moe, te vol van een vorige voeding, of simpelweg niet in de stemming. Een korte pauze kan zeker helpen. Meer tips nodig? Dan is baby wil niet eten of drinken misschien nuttig.

6. Hoeveel moet een baby van 7 maanden ongeveer drinken aan flesvoeding?
Gemiddeld rond de 3-4 flessen (bijvoorbeeld 150-210 ml per fles), maar kijk vooral goed naar je eigen baby. Zit je nog in de overgangsfase tussen meer melk en langzaam opbouwende vaste voeding? Dan kan het prima zijn dat je baby tijdelijk meer of minder flesvoeding nodig heeft.

7. Is het erg als mijn baby wat later begint met vaste voeding, bijvoorbeeld na 6 maanden?
Niet per se. Sommige baby’s zijn pas na 6 maanden echt klaar. Je merkt zelf het beste wanneer je baby zich actief interesseert in eten en rechtop kan zitten zonder te omvallen. Wel is het zo dat je rond 6 maanden met vaste voeding kunt starten voor een optimale ijzerinname, dus overleg bij twijfel met het consultatiebureau.

8. Wanneer kan ik overstappen naar koemelk?
De algemene richtlijn is dat koemelk (als drankje) pas na 12 maanden wordt aangeraden, omdat jongere baby’s hun maag-darmstelsel nog niet volledig ontwikkeld hebben voor volle koemelk. Andere zuivel zoals yoghurt kan je wel eerder geven, mits het gepasteuriseerd is en je baby geen allergie vertoont. Zie ook waarom mogen babys geen koemelk voor 1 jaar?.

9. Hoe weet ik of mijn baby genoeg ijzer binnenkrijgt als hij voornamelijk borstvoeding krijgt?
Vanaf ongeveer 6 maanden heeft je kindje vaste voeding nodig, ook vanwege ijzer. Borstvoeding bevat niet altijd voldoende ijzer voor die groeiende behoefte. Daarom is het slim om vaste voeding te introduceren die rijk is aan ijzer (bijvoorbeeld vlees, vis, volkoren granen) of te kiezen voor speciaal ijzerrijk babyvoer.

10. Kan ik water geven tijdens de maaltijden?
Rond 6 maanden kun je af en toe wat water aanbieden in een open beker of tuitbeker, zeker bij warm weer. Maar overdrijf het niet: baby’s krijgen het meeste vocht via melk. Wil je er meer over weten? Bij wanneer mag een baby water drinken vind je extra informatie.


Ik hoop dat deze gids je wat meer houvast geeft in die grote vraag: hoeveel vaste voeding per dag is ideaal? Eerlijk gezegd is er geen perfect recept dat voor elke baby hetzelfde is. Het draait om het volgen van de signalen van je kleintje en het gaan van fase naar fase. Zie het als een ontdekkingstocht: je baby ontwikkelt smaakvoorkeuren, leert met texturen omgaan en groeit stap voor stap naar een volwaardig gezinslid aan tafel.

Ik wens je in ieder geval veel succes en plezier tijdens deze bijzondere fase. Vertrouw op jezelf, blijf kijken hoe je baby reageert en onthoud dat elk kind uniek is. Mocht je onderweg nog twijfels krijgen, aarzel dan niet om een professional te raadplegen. Je staat er echt niet alleen voor, en ik beloof je: beetje bij beetje vind je een fijn ritme dat voor jullie allebei werkt!

Scroll naar boven