Hoe ga je om met het middagslaapje bij peuters

Ik hoor vaak de vraag hoe ik omga met het middagslaapje peuter. Veel ouders twijfelen wanneer hun kind nog wel of juist niet meer moet slapen overdag. Ik herken dat: de ene dag lijkt mijn peuter eindeloos energie te hebben, terwijl hij op een andere dag al rond lunchtijd in slaap sukkelt. In deze blog deel ik mijn eigen ervaringen en inzichten over het middagslaapje, zodat je hopelijk wat meer rust krijgt (letterlijk en figuurlijk). Verder geef ik tips over hoe je het slaapritme kunt volgen, hoe je producten op bol.com kunt kiezen om het rustmoment makkelijker te maken, en welke signalen je vooral niet moet missen.

Met een beetje kennis en wat geduld kun je het middagslaapje zo inrichten dat je peuter voldoende rust krijgt en ’s avonds ook op tijd naar bed gaat. Er zijn veel factoren die meespelen. Denk aan de leeftijd van je kind, zijn energieniveau, maar ook je eigen planning. Ik heb geleerd om daar een ontspannen middenweg in te vinden. Soms is een middagdutje simpelweg nodig om de dag vol te houden, soms is het juist tijd om het dutje achterwege te laten, zodat de nachtrust niet in de knel komt. Hieronder vertel ik je hoe ik stap voor stap bekijk wat mijn peuter nodig heeft en hoe ik de middagslaap kan aanpassen als dat nodig blijkt.

Begrijp het belang van het middagslaapje

Ik zie het middagslaapje als een moment van opladen, zowel voor mijn kind als voor mijzelf. Als mijn peuter voldoende rust krijgt, is hij vaak vrolijker en kan hij beter omgaan met nieuwe indrukken. Die rust is niet alleen lekker voor zijn humeur, maar ook belangrijk voor de ontwikkeling van zijn hersenen.

Wat een dutje doet voor de ontwikkeling

Uit onderzoek blijkt dat een middagdutje veel voordelen kan hebben voor het leerproces van kinderen. Zo heb ik gelezen dat sommige peuters na een dutje beter informatie onthouden. Er is zelfs een onderzoek waaruit blijkt dat kinderen die regelmatig napten, 10% meer van bepaalde activiteiten en woordjes konden herinneren vergeleken met de dagen dat ze niet sliepen. Dat vind ik heel bijzonder: een korte slaapperiode kan dus helpen bij het opslaan van nieuwe kennis.

Naast geheugenontwikkeling merk ik ook dat mijn peuter in de middag minder prikkelbaar is als hij een dutje heeft gehad. Hij leert nieuwe woorden, speelt met meer concentratie, en lijkt minder snel overweldigd door geluid of drukte. Ik vergelijk het weleens met mijn eigen middagdip: als ik zelf een klein kwartiertje rust neem, voel ik me daarna ook scherper en opgewekter.

Waarom sommige peuters tegenstribbelen

Toch is de praktijk niet altijd zo soepel. Soms is het middagslaapje een strijd. Dan zie ik dat mijn peuter energiek door de kamer rent en helemaal geen zin heeft om te gaan liggen. Dat kan komen doordat hij net in een fase zit waarin hij de wereld volop wil ontdekken. Gebeurt er iets spannends, dan willen ze niks missen.

Een andere oorzaak kan zijn dat je kind rond de leeftijd van drie of vier jaar toe is aan minder slaap overdag. Veel kinderen geven tussen hun derde en vijfde jaar het middagdutje op. In de praktijk zie ik echter dat er grote verschillen zijn. De een heeft rond zijn derde al genoeg aan een rustmoment zonder echt te slapen, de ander doet met vier jaar nog braaf twee uur zijn ogen dicht.

Tekenen dat je peuter nog steeds een middagslaapje nodig heeft

Ik let goed op signalen die aangeven dat mijn kind nog profijt heeft van een dutje. Niet ieder kind kan luid en duidelijk “Ik ben moe” zeggen, dus ik kijk naar subtiele hints.

  1. – Je peuter wordt rond lunchtijd erg hangerig.
  2. – Hij of zij zeurt, jengelt of wordt prikkelbaar zonder duidelijke reden.
  3. – Je kind valt regelmatig spontaan in slaap op de bank of in de auto, zelfs als het nog niet laat is.
  4. – Aan het einde van de dag is je peuter zo moe dat hij net voor het avondeten compleet instort.

Als ik deze dingen zie, weet ik dat een middagdutje nog steeds goed van pas kan komen. Een korte slaap van één tot twee uur kan dan helpen om de energie weer wat op te krikken. Sommige onderzoekers geven aan dat de totale slaapbehoefte van een peuter tussen de 10 en 14 uur per dag ligt, afhankelijk van leeftijd en persoonlijkheid. Daarbij telt de nachtelijke slaap én het middagdutje mee.

Tekenen dat je peuter het middagslaapje kan overslaan

Een ander scenario is dat je peuter eigenlijk prima zonder middagdutje kan. Hoe merk ik dat dan? Ik zie bijvoorbeeld dat mijn kind vrolijk blijft doorgaan in de middag, zonder tekenen van vermoeidheid of extra prikkelbaarheid. Dan speelt hij lekker door en lijkt de dut niet meer nodig. Andere aanwijzingen kunnen zijn:

  • Je peuter neemt lang de tijd om in slaap te vallen. Soms ligt hij wel een halfuur in bed te draaien of te kletsen.
  • Je merkt dat je kind ’s avonds minder goed in slaap komt en later gaat slapen dan normaal.
  • Als het bedtijd is, is je peuter nog heel actief en niet moe.

Als ik deze verschijnselen herken, kan het best zijn dat mijn kind toe is aan een korter dutje of zelfs geen nap meer nodig heeft. Volgens sommige studies zijn de meeste kinderen tussen 3 en 5 jaar oud wel klaar om het slaapje los te laten. Maar tegelijkertijd wordt geadviseerd het gedrag van je kind te volgen, want een beetje chagrijnigheid aan het einde van de dag is niet erg. Krijg je echte driftbuien of veelvuldige hangerigheid, dan is een dutje mogelijk nog wenselijk.

Zo bouw je een vaste routine

Toen ik merkte dat mijn peuter baat had bij een regelmatig dagschema, ben ik een eenvoudige structuur gaan gebruiken. Dat betekende een vaste lunchtijd en een vrij consistente slaaptijd door de week heen. Natuurlijk moet je weleens schuiven als je afspraken hebt, maar een globale leidraad helpt echt.

Stap 1: Kies een tijdslot

Ik begin met lunchen rond 11.30 of 12.00 uur. Daarna merk ik vaak dat mijn peuter even tot rust komt. De ideale nap kan dan starten tussen 12.30 en 13.00 uur. Zo voorkom ik dat het middagslaapje te laat eindigt en de peuter ’s avonds niet kan slapen. Volgens meerdere bronnen is het trouwens niet handig om het dutje uit te stellen tot na 15.00 uur. Laat slapen overdag kan de nacht van je peuter in de war schoppen.

Stap 2: Maak de slaapomgeving fijn

Ik zorg voor een rustige, donkere kamer en probeer geluiden te beperken. Soms zet ik een zacht muziekje of een ventilator aan. Dat helpt om het omgevingsgeluid te dempen. Een vertrouwde omgeving is ook essentieel. Ik gebruik graag hetzelfde peuter beddengoed en een eigen knuffeltje, zodat mijn kind weet: “het is tijd om te rusten.”

Heb je een eigen peuterkamer? Dan kun je kijken of je de ruimte gezellig en kalm kunt aankleden. Een peuter bed, een prettig kussen en eventueel een peuter kussen en matras kunnen zorgen voor extra comfort. Alles om het middagslaapje zo aangenaam mogelijk te maken.

Stap 3: Leg je kind wakker in bed

Ik leg mijn peuter vaak nog wakker in bed. Zo kan hij zelf de overgang maken van wakker zijn naar in slaap vallen. Door niet te wachten tot hij al halverwege een dutje is in mijn armen, gun ik hem de kans om zelfstandig te leren inslapen. Dat is soms een ingewikkeld proces vol protest, maar uiteindelijk helpt het hem om ’s nachts ook makkelijk in bed te stappen.

Stap 4: Beperk schermen voor het dutje

Bij mij helpt het om een schermloze periode in te bouwen voor het middagslaapje. Mijn peuter is dan minder geprikkeld en komt sneller tot rust. Zo gun ik hem een overgangsfase: even een boekje voorlezen, knuffelen en dan naar bed. Op die manier merk ik dat hij zich kalm voelt, wat inslapen makkelijker maakt.

Tips bij moeite met inslapen

Soms lukt het niet om in slaap te vallen. Dan hoor ik gefrustreerd gepraatjes of geklop op de muur. Mijn peuter wil dan liever niet rusten, zelfs als hij eigenlijk erg moe is. Ik heb geleerd dat een paar strategieën kunnen helpen.

  • Creëer routinehandelingen: Zing een liedje, lees een verhaaltje of knuffel even. Dat geeft een signaal aan je peuter: “Bij deze activiteit komt slaap daarna.”
  • Houd het kort: Probeer geen ellenlang naar-bed-ritueel, want dat kan weer voor uitstelgedrag zorgen. Vaak is 5 tot 10 minuten voorlezen voldoende om tot rust te komen.
  • Wees consistent: Als je peuter ontdekt dat ze toch nog even uit bed mag door te klagen, blijft ze dat proberen. Geef duidelijk aan dat het rusttijd is.
  • Check slaapomgeving: Is het niet te warm of te licht in de kamer? Ik merkte dat een klein nachtlampje soms kan helpen, maar te veel licht houdt wakker.

Mocht het echt niet lukken, dan kan een ‘rustmoment’ zonder daadwerkelijk te slapen ook al fijn zijn. Ik geef mijn peuter soms een prentenboek in bed, een rustgevende knuffel of ik start een zacht muziekje. Deze benadering lijkt op de tip ‘quiet time’ waar ik vaak over lees: een periode zonder schermen en met weinig prikkels, zodat er toch een vorm van pauze is.

Handige producten om het middagslaapje te ondersteunen

In de loop der tijd heb ik een paar fijne hulpmiddelen ontdekt die je via bol.com kunt aanschaffen. Ze hebben mij en mijn peuter geholpen om het middagslaapje wat overzichtelijker te maken.

  1. Slaaptrainerklok
    Ik ben fan van een slaaptrainer, zoals de slaaptrainer peuter. Zo’n klokje laat zien wanneer het “rusttijd” is en wanneer je peuter weer uit bed mag. Het werkt visueel en vergroot het gevoel van controle bij het kind.

  2. White noise-apparaat of zacht muziekje
    Als ik merk dat mijn peuter onrustig is door omgevingsgeluid, zet ik weleens een klein white noise-apparaat aan. Dit apparaat maakt een ruisgeluid. Dat kan helpen om andere geluiden (zoals pratende buren of het gerammel van borden in de keuken) te maskeren. Eventueel kun je op bol.com ook kiezen voor een goedkoop apparaatje met natuurgeluiden of een Bluetooth-speaker waar je zacht klassieke muziek op afspeelt.

  3. Comfortabele peuter-accessoires
    Een fijne deken of slaapzak kan uitnodigen tot rust. Ik heb goede ervaringen met een zachte ledikantdeken voor in het peuter bed. De kenmerkende geur en het gevoel van een bekend dekentje stimuleren de associatie met “slapen.” Ook een leuk nachtlampje kan helpen, maar let wel op dat het niet te fel is.

  4. Zachte knuffel of ‘sleep buddy’
    Sommige kinderen vallen makkelijker in slaap met een vertrouwde knuffel. Let erop dat de knuffel niet te groot is. Het doel is rust, niet een extra speeltje dat actief maakt.

Bij het kiezen van deze producten kijk ik vooral naar duurzaamheid, wasbaarheid en de aanbevelingen van andere ouders. Dan weet ik dat ik niet alleen afga op de marketing, maar ook op echte ervaringen.

Tabel: Hoeveel slaap heeft mijn peuter nodig?

Het kan handig zijn om een snel overzicht te hebben van de totale slaapbehoefte, inclusief het middagslaapje peuter. In de loop van de jaren verandert die behoefte flink. Deze tabel geeft een grove indicatie:

Leeftijd Totale slaap (24 uur) Aantal dutjes/duur
1-2 jaar 11-14 uur 2 dutjes per dag, elk 1-2 uur
2-3 jaar 11-14 uur 1 middagslaapje, 1.5-3 uur
3-4 jaar 10-13 uur Vaak 1 dutje, soms overslaan
4-5 jaar 10-12 uur Veel kinderen stoppen met middagslaapje

Deze cijfers zijn een algemene richtlijn. Sommige peuters hebben genoeg aan 10 uur slaap in totaal, anderen slapen liefst 14 uur per dag. Ook merk ik dat mijn kind in een groeispurt soms meer rust nodig heeft. Dan kunnen de dutjes zomaar weer terugkomen.

Rustige overgang naar geen middagslaapje

Ik merkte dat mijn peuter niet van de ene op de andere dag zijn middagdutje opgaf. Het was een geleidelijk proces. Eerst werd de dut soms korter, of sloeg hij af en toe een slaapje over. Daarna bleef hij langer wakker zonder chagrijnig te worden. Voordat ik definitief stopte met het middagslaapje, duurde het zeker een paar maanden.

Volg het tempo van je kind

Ik heb geleerd niet te snel aan te nemen dat het slaapje niet meer nodig is. Mijn kind kan bijvoorbeeld een week lang zonder middagdutje, en dan ineens heeft hij toch weer een paar dagen achter elkaar echt behoefte aan rust. Misschien heeft hij overdag veel nieuwe indrukken opgedaan of was hij lichamelijk actiever. In zo’n geval is de nap nog steeds nuttig.

Slaaptijd vervroegen

Wanneer mijn peuter geen middagdutje doet, breng ik hem vaak wat eerder naar bed. Dan zorg ik dat hij rond 19.00 uur in bed ligt. Ik probeer wel rekening te houden met de tijd tussen einde dutje en bedtijd. Veel experts raden aan om er zo’n 4,5 tot 5,5 uur tussen te laten. Als je peuter pas om 15.00 uur wakker wordt, is 19.00 uur misschien te vroeg. Maar als je hem om 13.00 uur laat slapen en hij wordt om 14.30 uur wakker, dan werkt 19.00 uur vaak prima.

Hoe ga ik om met peuters die écht niet willen slapen?

Soms sta ik voor een peuterbed met een kind dat duidelijk aangeeft: “Ik wil niet slapen!” Dat kan best frustrerend zijn, zeker als ik zelf hoop op een halfuurtje rust. Toch zie ik dat dwang niet goed werkt. Een paar tips:

  1. Respecteer de weerstand
    Als mijn peuter echt niet wil slapen, dwing ik hem niet. Ik leg echter wel uit dat het rusttijd is. We spreken dan af: “Je hoeft niet te slapen, maar het is wel stilletjes in bed.”

  2. Bied alternatieven
    Soms geef ik mijn kind een rustig boekje of wat zachte muziek om te beluisteren. Dat laat hem ontspannen zonder het gevoel van ‘moeten slapen.’ Zo ervaart hij wel een pauze.

  3. Kijk naar de sfeer in de slaapkamer
    Als de kamer niet uitnodigt tot rust, kan dat bijdragen aan protest. Let op het licht, de temperatuur en de hoeveelheid speelgoed in de kamer. Te veel zichtbare speelprikkels maken slapen moeilijker. Een aparte speelruimte of het speelgoed opruimen voor het slapen kan rust brengen.

  4. Binnenkort bedtijd?
    Heeft je peuter al een slechte nacht gehad? Dan houd ik altijd rekening met extra vermoeidheid. Kan hij nu echt niet slapen? Dan ga ik voor een rustige activiteit en later een avondroutine die hem op tijd in bed legt.

Mocht je merken dat je kind structureel slecht slaapt, ook ’s nachts, kijk dan of je tips kunt gebruiken bij peuter wil niet slapen of peuter slaapt slecht. Er kunnen meerdere oorzaken zijn, van spanningen tot te veel licht of lawaai in de slaapkamer peuter.

Wanneer is het middagslaapje klaar om te verdwijnen?

Meestal zie ik dat kinderen het middagslaapje gaan overslaan als ze de hele middag vrolijk blijven en pas tegen het einde van de namiddag wat hangerig worden. In de leeftijd van 3 tot 4 jaar komen veel peuters in deze fase. Volgens de meeste onderzoeken stoppen de meesten tussen 3 en 5 jaar met een middagnap. Slechts een klein percentage stopt al voor het tweede jaar.

Kinderopvang vs. thuis

Soms slaapt mijn peuter in de kinderopvang wel, maar thuis niet, of andersom. Dat heeft te maken met de prikkels en activiteiten. In de opvang wordt er vaak een vast slaapschema aangehouden. Thuis kijk ik meer naar eigen behoeften en plannen. Als je merkt dat je kind op de opvang wél dutjes doet maar thuis niet, kan het handig zijn om te vragen hoe ze het daar aanpakken. Misschien kun je thuis een vergelijkbare routine introduceren.

Wat als je peuter overdag te laat of te lang slaapt?

Een middagdutje langer dan 3 uur kan tot een lastige bedtijd leiden. Dan merk ik dat mijn peuter pas zeer laat in slaap valt ’s avonds. Dan is onze avondroutine ontregeld. Ik houd het middagdutje dus bij voorkeur onder de 2 uur. Als hij duidelijk moe is, krijgt hij soms 2,5 uur. Dan verkort ik wel de tijd tot bedtijd ’s avonds.

Lang wakker blijven en toch niet in slaap vallen kan ook op een te laat gepland slaapje wijzen. Als hij bijvoorbeeld pas rond 14.30 uur of 15.00 uur gaat slapen, loopt alles op. Wakker worden om 16.30 uur betekent dat de avond al snel in de knel komt.

Quiet time als tussenoplossing

Tegen de tijd dat het middagslaapje begint te vervallen, gebruik ik vaak quiet time. Dat is een halfuurtje tot een uurtje rust in de middag, zonder dat er per se wordt geslapen. Ik leg wat boekjes klaar, zet een rustig muziekje op en laat mijn kind in een comfortabele omgeving spelen of ‘chillen.’ Zo heb ikzelf ook even een moment om bij te tanken. Mocht je kind in dit rustige moment vanzelf in slaap vallen, dan had hij dat napje blijkbaar toch nog nodig.

Producten van bol.com die ik zelf handig vind

Ik liet al een paar producten de revue passeren. Hieronder nogmaals een kort overzicht van mijn favorieten en waarom ze voor mij werken:

  1. Slaaptrainer (bijvoorbeeld “Zazu Sam”)
    Heel duidelijk ontwerp met een scherm dat aangeeft wanneer het tijd is om te slapen en wanneer je eruit mag. Het is een speels klokje dat je peuter helpt te begrijpen wat “bedtijd” en “opstaan” betekent.

  2. Verduisterende gordijnen
    Deze helpen om de kamer donker te maken, vooral in de zomer. Op bol.com vind je diverse betaalbare opties. Naar mijn idee is dit onmisbaar wanneer je kind moeite heeft met slapen in een lichte kamer.

  3. Geluidmachine of knuffel met muziek
    Een apparaatje dat rustgevende geluiden afspeelt kan wonderen doen. Ik heb ooit een knuffelbeertje met ingebouwde muziekfunctie gekocht. Dat geeft mijn peuter een gevoel van geborgenheid.

  4. Voorgelezen prentenboeken
    Op bol.com kun je leuke en simpele prentenboeken scoren. Ze helpen om je peuter voor te bereiden op het middagdutje. Ik kies vaak een boek over slapen, zodat het thema rustig wordt geïntroduceerd.

Producten lijken soms kleine details, maar ik merk dat ze bijdragen aan een prettige en herkenbare sfeer. Zeker als je kind gevoelig is voor veranderingen.

Veelgestelde vragen over het middagslaapje peuter

Hieronder beantwoord ik vragen die ik zelf vaak krijg of die ik heb gehad in gesprekken met andere ouders.

1. Hoe weet ik of mijn peuter genoeg slaap krijgt?
Als je kind wakker wordt met een vrolijke stemming en door de dag heen geen extreme hangerigheid toont, is de kans groot dat hij genoeg slaapt. Ongemerkt veel huilen, zeuren of wegdommelen kan aangeven dat er meer rust nodig is.

2. Mijn peuter slaapt ’s nachts slecht. Komt dat door het middagslaapje?
Mogelijk wel, vooral als het dutje te laat op de dag valt of erg lang duurt. Probeer het slaapje iets vroeger te plannen of in te korten. Merkt je dat er structureel veel problemen zijn, kun je kijken bij peuter slaapt slecht of nachtangst peuter.

3. Wat als mijn peuter alleen in de auto of kinderwagen wil slapen?
Formatieslaap komt veel voor. Zelf kies ik weleens bewust voor een autorit rond dutjestijd. Dat is prima als het werkt, maar ik let wel op veiligheid en regelmaat. In de auto is het lastiger om ‘zelf in slaap vallen’ te stimuleren. Daarnaast is het niet altijd even praktisch als die autorit te lang moet duren.

4. Is één slaapje per dag genoeg voor een peuter van 2?
Ook dat is heel persoonlijk. De meeste 2-jarigen doen nog één middagslaapje van 1,5 tot 3 uur, naast een nacht van 10 tot 12 uur. Let op of je kind fit is. Als hij de hele avond op is en geen problemen heeft, dan is één slaapje vaak voldoende.

5. Hoe zit het met bedtijd als mijn peuter geen middagdutje heeft gedaan?
Ik breng mijn peuter dan eerder naar bed. Vaak is hij rond 19.00 uur al moe. Door hem op tijd te laten slapen, haal ik de gemiste rust in. Maar let wel op: als je peuter te vroeg wakker wordt the volgende dag, kan dat voor een vroeg begin van de dag zorgen. Zoek hierin een balans.

6. Wanneer kies ik voor “quiet time” in plaats van echt slapen?
Op het moment dat je peuter vaker geen slaap meer pakt, maar nog wel baat heeft bij rust. Je kunt “quiet time” elke middag aanbieden. Je kind kan met boekjes, zacht speelgoed of muziek even tot zichzelf komen. Als er dan spontaan een dutje komt, is dat mooi meegenomen.

7. Wat moet ik doen als mijn peuter lijkt te ‘vechten’ tegen de dut?
Blijf kalm en dwing niet. Misschien helpt het om de oorzaak te achterhalen. Is je peuter bang iets te missen? Is er onrust? Komt er te veel licht binnen? Soms helpt het om een nieuw ritueel te bedenken, zoals samen een kort liedje zingen, en dan de kamer uit.

8. Kan een middagslaapje te lang duren?
Ja, als je peuter te lang slaapt, raakt het slaapschema ’s avonds verstoord. Een dut van 2 à 2,5 uur vind ik meestal wel het maximum. Dan is er nog genoeg slaapbehoefte over voor de nacht.

Praktische adviezen die mij hielpen

  • Check het energieniveau: Ik let over de dag heen op de kleinschalige signalen. Geeuwt je peuter veel? Wrijft hij in zijn oogjes? Trekt hij zich terug? Dan is het misschien tijd voor een kort slaapje.
  • Probeer ritme te vinden: Een vaste lunch en daarna meteen naar bed geeft voorspelbaarheid. Mijn peuter weet: “Na het eten komt mijn rusttijd.” Dat schept duidelijkheid en vergemakkelijkt de overgang.
  • Bouw af in stapjes: Soms heb je dagen dat het dutje niet nodig lijkt, maar de dag erna is je kindje doodop. Dan volg ik het ritme en bied ik wel weer een middagslaapje aan. Dat geleidelijk afbouwen voorkomt extreme vermoeidheid.
  • Gebruik een slaaptrainer: De slaaptrainer peuter is een uitkomst om te laten zien wanneer het rusttijd is en wanneer het ‘lekker spelen’-tijd is.
  • Experimenteer met duur: Je kunt het slaapje korter maken, bijvoorbeeld beperken tot 45 minuten, als je merkt dat de nachtrust in gevaar komt. Zo krijgt je peuter toch een oplaadmoment.
  • Maak het leuk: Ik vertel mijn peuter dat hij alleen hoeft te ‘rusten’ en dat hij mag gaan slapen als hij zich daar goed bij voelt. Ik lees een verhaal voor of zing een liedje. Het middagdutje wordt zo iets leuks in plaats van een verplichting.

Soms zijn er uitdagingen, zoals een peuter die de hele middag woelt. Dan bekijk ik of er misschien andere factoren meespelen:

  • Mogelijk is het matras niet comfortabel genoeg? Dan loont het een nieuw peuter kussen en matras te overwegen.
  • Of misschien is de kamer te onrustig ingericht, met veel speelgoed en kleur? Dan kies ik voor een meer minimalistische slaapkamer peuter.

Door te focussen op die praktische punten zorg ik ervoor dat mijn kind sneller in slaap valt en uitgeruster wakker wordt.

Geen conclusie, wel een stap vooruit

Ik blijf erop letten dat er geen vaste leeftijd is waarop het middagslaapje automatisch verdwijnt. Elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. De ene peuter heeft met 2,5 jaar al voldoende aan 12 uur doorlopende nachtslaap, de ander houdt tot 4 jaar toe nog graag een uurtje rust overdag. Het is een kwestie van observeren en uitproberen.

Zelf kijk ik altijd hoe mijn peuter reageert: is hij vrolijk, energiek en leert hij nieuwe dingen met gemak? Dan zit zijn slaap waarschijnlijk goed. Is hij extra prikkelbaar, valt hij snel in slaap als we even rijden of is hij nauwelijks te genieten? Dan is het middagdutje of ‘quiet time’ een uitkomst. En als je merkt dat de avondroutine in de knel komt, kan het helpen om het dutje te verkorten of zelfs eens een dag over te slaan.

Uiteindelijk is er geen harde regel. Je luistert naar je kind, ziet hoe hij zich gedraagt, en past daar je schema op aan. Ik hoop in ieder geval dat mijn inzichten over het middagslaapje peuter je wat houvast geven. Soms is het een kwestie van loslaten, soms juist van consistent aanbieden. Maar met de juiste routine, fijne producten en een flinke dosis geduld kom je een heel eind. En bedenk: een uitgerust kind is vaak ook een blije peuter — en dat geeft jou weer net wat meer ademruimte gedurende de dag. Veel succes!

Scroll naar boven